Heemkundige Kring

Ten Mandere Izegem

Ten Mandere - digitaal

startpagina
bestuur
nieuws
activiteiten
lidgeld
tijdschrift
geschiedenis
archief
bibliotheek
te koop
Izegemse bibliografie
Izegemse soldaten uit W.O. I

links
nieuwsbrieven

 

ten mandere blogt

 

 

De molens op de Bosmolens

 

 

 

 

We hadden het vroeger al over de Bosmolen op de gelijknamige wijk.1
Zuster Holvoet schonk in 1843 een rente aan haar klooster, de Zusters van Marie, gehypothekeerd op een molen op de wijk Bosmolens. Dit was om Franciscus Ghyselen (x Idonia Deleu) financieel te helpen.
We richten echter onze focus dit keer op de molenaarsfamilie Deleu.
We kunnen echt spreken van een molenaarsfamilie, want volgens de database http://www.molenechos.org/ vinden we in de provincie West-Vlaanderen maar liefst negen keer een molen terug waar we een familie Deleu als eigenaar aantreffen. Met zekerheid kunnen we meegeven dat de Izegemse familie Deleu ook haar vertakking heeft in molenaarsmiddens in Rollegem-Kapelle, Heule en Lendelede.

Rond 1830 waren er drie molenaars bekend op de Bosmolens.
Joannes Baptiste Deleu, eigenaar van een oliewindmolen ‘op wal’ op de Steenweg op Sint-Eloois-Winkel.
Franciscus Deleu met een oliewindmolen ‘op wal’, eigendom van Pieter De Jonghe
en Fransciscus Ghyselen molenaar op een koornwindmolen ‘op wal’.
Franciscus was de zoon van Joannes en pachtte de molen van De Jonghe sinds 30 oktober 1827 aan 154,28 gulden.
Franciscus Ghyselen was gehuwd met Idonia Joanne Deleu. Zij was een dochter van Joannes Baptiste.

We beginnen echter bij de stamvader Laurentius Deleu.

Laurentius Deleu
Geboren in Emelgem op 26 april 1727 en gestorven in Emelgem op 8 oktober 1781.
Hij  huwde met Theresia van Doorne (21 april 1733-1 juni 1768) in Emelgem op 27 april 1754.
Hijzelf staat reeds bekend als olieslager.
Zijn zoon Joannes Baptiste Deleu werd de eerste Deleu-molenaar op de Bosmolens.

Joannes Deleu (Emelgem, -†Izegem, 5 november 1843) x Joanne Marie Helena Olivier (†Izegem, 21 december 1828).
Hun kinderen:
Idonia Deleu (x Franciscus Ghyselen, molenaar)
Franciscus Deleu (x Joanna Catharina Loncke, molenaar)
David Deleu (x Maria Constance Vanneste, molenaar in Rollegem-Kapelle)
Leo Deleu (ongehuwd, samenwonend met zijn zus Amelia, molenaar)
Amelia Deleu

De molen van vader Joannes Deleu (sectie C nr. 820-821-822 nu Meensesteenweg 111) wordt beschreven in de akte van verdeling op datum van 13 juli 1850 binnen het huisgezin.
De kinderen Idonia (°Izegem, 24 november 1789 - †Izegem, 24 juni 1876) (x Franciscus Ghyselen, Izegem 17 februari 1783-Izegem, 1857), Franciscus, David, Leo en Amelia beslissen dat de laatste twee, Leo en Amelia, de molen mogen verder blijven gebruiken. Franciscus Ghyselen en echtgenote Idonia Deleu  waren er nog een tijdje eigenaar van.

Een andere zoon van Joannes, Franciscus Deleu (°Izegem 15 januari 1793-?) huwde met Joanna Catharina Loncke (°Izegem 1 december 1793 - †Izegem, 15 december 1855) in Izegem op 4 juni 1828. Zij had een oom, Petrus Gheysen, molenaar in Heule.
Op 30 oktober 1827 tekende Franciscus bij notaris Pieter Coucke een pachtcontract van een woonhuis met oliewindmolen te Izegem op het gehucht ‘De Bosmolens’. Jaarlijks beloofde hij aan de eigenaar Pieter Joseph De Jonghe een pacht te betalen van 154,28 gulden.
Drie jaar later, op 24 maart 1830 stond hij opnieuw voor dezelfde notaris om de oliewindmolen met molenberg en twee woonhuizen te kopen. De molen bevond zich ten zuiden van de herberg ‘het scharken’.
De dochter van Franciscus en Joanna Catharina, Theresia, trouwde met Ludovicus Boutte uit Lendelede, molenaar.
Zoon Constant werd …. molenaar in Harelbeke!
De molen (sectie D nr. 1344, nu Meensesteenweg 242) van Franciscus Deleu werd openbaar verkocht op 10 december 1859, samen met een woonhuis, het molenaarshuis en een huis in gebruik als magazijn voor 4 515 fr. aan molenaar Cesar Loncke uit Lendelede. Die laatste was echter de stroman van David Deleu, broer van Franciscus uit Rollegem-Kapelle.

David Deleu (° Izegem, 07 februari 1791 - †Rollegem-Kapelle, 15 augustus 1871) ook een zoon van Joannes, huwde op 22 juli 1812 in Izegem met Marie Constance Vanneste (°Izegem 27 januari 1788 - †Rollegem-Kapelle, 25 september 1859).
Hij kocht op 19 maart 1812 ook een molen in de Izegemse Kortrijkstraat voor 348,30 fr. van de familie Bulckaert-Verbeke.
Maar in 1824 vinden we hem terug als olieslager in Rollegem-Kapelle.
Zoals hierboven blijkt, kocht hij via molenaar Cesar Loncke de molen van zijn broer Franciscus in 1859. Een maand ongeveer later, op 25 januari 1860, kocht hij het aandeel (de 7/8sten) in de molen (sectie D nr. 1314a en 1315, nu Meensesteenweg 133) van de weduwe Francis Ghyselen-Deleu uit handen van zijn broers, zusters en erfgenamen van Anna Catharina Loncke voor 2 380,95 fr.
De molen werd op 8 februari 1888 verkocht aan Bruno Callens, echtgenoot van Ghyselen. Na zijn overlijden kwam de molen in handen van Louisa Deleu. Zij moest lijdzaam toezien hoe de molen tijdens de bevrijding van Izegem op 17 en 18 oktober 1918 verwoest werd door de geallieerde troepen.
Octave Odile Deleu, meester-bakker uit Kortrijk tenslotte verkocht aan Jules Navet, bakker uit Izegem op 21 december 1919 een woonhuis met grond, waar eertijds de windmolen opstond. (sectie D nr. 1314a en 1315).

Leo en Amelia Deleu baatten de molen van hun vader dus verder uit, maar op 28 oktober 1859 moeten zij een lening aangaan om hun schulden te delgen.
Voor de som van 4 130,57 fr. is Amelia Sophia Herbau, de weduwe van Petrus Franciscus Debaere, zeepziedster en grondeigenares bereid om te helpen.
Voor wat hoort wat en twee molens en een boerderij werden als waarborg genoteerd.
1. een oliewindmolen met deszelfs draeyende en roerende werken, woonhuis, stallingen en andere gebouwen en grond, molenwal, moeshof en zaailand in Izegem, op de Bosmolens ten zuidkante langst de straat naar Sint-Eloois-Winkel, (sectie C nrs. 820, 821 en 822), palende oost het Magerstraatje (=Boterstraat), en een weinig west de straat van Izegem naar Winkel-Sint-Eloy, in gebruik door de komparanten schuldenaars
2. een koornwindmolen met alle dezelfs roeden en draeyende werken, woonhuis, andere gebouwen en grond in Izegem, bij de voorgaande artikel (sectie D nr. 1314, 1315 en 1316), oost de straat naar Sint-Eloois-Winkel, west het Kerkestraatje, in gebruik door de weduwe Franciscus Ghyselen en kinderen.
3. een hofstedeken in Sint-Eloois-Winkel
Dit betekent dat de tweede molen, ooit eigendom van Franciscus Ghyselen en Idonia Joanna Deleu reeds eigendom was van Leo en Amelia Deleu.

De molen, laatst eigendom van Louisa Deleu, verdween dus met de bevrijding van Izegem in 1918.
De molen op de hoek van de Meensestraat en de Boterstraat werd na 1900 vervangen door een mechanische maalderij en de molen, ooit eigendom van Franciscus Deleu-Loncke werd in 1876 gesloopt.

Eindnoot:
1nieuwsbrief 2017 nr. 32.