|
Op 30 prairial jaar 2 (18 juni 1794) vroeg de sousprefect van het Leiedepartement aan elke gemeente welke heerlijkheden er op dat ogenblik waren.
De burgemeester van Izegem, Pierre Antoine Coucke antwoordde daarop met een lijst van 12 heerlijkheden. Telkens werd de griffier erbij genoteerd en eventuele opmerkingen.
Prinsdom, griffier Eugène Balthazar Dujardin. Men noteerde ook welke gronden er buiten Izegem gelegen waren: in Emelgem, Kachtem, Ingelmunster, Lendelede, Rumbeke, Roeselare, (Oost-) Nieuwkerke, Hooglede, Torhout, Lichtervelde, Zwevezele, Pittem, Koolskamp en Tielt.
Mosscherambacht, griffier Jacques Demeij (uit Hooglede). De heerlijkheid Mosschersambacht was een enclave in Izegem en had ook gronden in Oostnieuwkerke, Ardooie en Koolskamp.
Aijshove, griffier Josse Lagae (uit Heule). In Izegem was dit net als in Ingelmunster een enclave.
Sint-Pieter, Eugène Balthazar Dujardin, dezelfde griffier als in het prinsdom, geënclaveerd in Izegem, Moorsele en Pittem.
Ter Poorte, zelfde griffier als hierboven, geënclaveerd in Izegem en in Ingelmunster.
Wallemote, griffier Holvoet van Dadizele, in Izegem verspreid in zes delen.
Haelewijnsche, griffier Louis Devoldere uit Harelbeke, alleen in Izegem terug te vinden.
Steurenambagt, griffier Louis Walleweys uit Hulste, terug te vinden in Izegem, Lendelede en Kuurne.
Sint-Amand, griffier Jean-Baptiste Vancoquelaere uit Ardooie, geënclaveerd in Izegem en Ardooie.
Haeselt, griffier Eugène Desseyn uit Rumbeke, in Izegem en Rumbeke.
Cruijshautem, achterleen van Coyghem (Kooigem), de griffier is onbekend in Izegem, verspreid over Izegem, Kooigem en Kruishoutem.
Berleghemsche, griffier Eugène Balthazar Dujardin, alleen in Izegem terug te vinden.
Als we deze lijst nu vergelijken met de kaart op blz. 72 van Geschiedenis van Izegem (1985) dan stellen we vast dat de gronden toebehorende aan de abdij van Wevelgem, Caestre, Geluwe, ‘Kortrijker Ambacht’ (of Vrijeigen), Lablanck, Rode, Sammans, Schardauw, Schiervelde, Ter Beurs, Ter Elst, Van der Gracht en ‘De Wal’ niet werden meegedeeld.
Met zekerheid kunnen we zeggen dat Het Vrijeigen, Van der Gracht, Rode en Schardauw net voor de Franse Tijd nog bestonden.
Wellicht heeft het gemeentebestuur alleen maar de grootste heerlijkheden meegedeeld. |
